Vacht

Wat heb je nodig voor het onderhoud van de vacht?

• Voor de vacht van een Eurasier is een borstel met dunne ijzeren tandjes erg prettig. Genaamd een Slicker borstel, Activet of Les Poochs. Met deze kan men snel en makkelijk buiten de ruiperiode de vacht schoonhouden en evt. vastzittende droge modder uit de vacht borstelen.
• Tijdens de ruiperiode kun je het beste met je handen tegen de haarrichting in wrijven en dan laagje voor laagje uitborstelen (van beneden naar boven/ van de achterkant naar het hoofd toe)
• Met een grove kam kun je de overige losse vacht verwijderen en controleren op achterblijvende klitjes.
• Tijdens de ruiperiode kan een herderharkje prettiger zijn dan een grove kam. Hiermee verwijdert men, zodra er losse stukken onderwol naar buiten steken of veel haar verliest, gemakkelijk de onderwol. Het beste werkt eentje met lange en korte tanden naast elkaar.
  (Let op! Wel een herderharkje zonder ronddraaiende tandjes. Hiermee kun je ook vastzittende wol die moet blijven zitten verwijderen en haal je meer onderwol eruit dan nodig.)

Bad

In principe is een bad voor de vachtverzorging van een Eurasier overbodig. Maar tijdens de ruiperiode kan het soms een uitkomst zijn om uw Eurasier eerst door te borstelen, dan onder een lauwwarme douche te zetten, op te laten drogen en daarna weer te borstelen. De huid wordt gemasseerd en de onderwol laat makkelijker los, waardoor de rui bespoedigd wordt. Shampoo is echter niet nodig.

Tip: Als de vacht nogal droog, dor en broos uitziet kan een beetje olie over het eten een uitkomst zijn. Begin met een theelepel per dag, maar niet meer dan een eetlepel. Distelolie, olijfolie (classico), maiskiemolie, lijnzaadolie of oliën waar omega vetzuren in zitten zijn een goede keuze.

Hoe vaak borstelen?

Wekelijks borstelen is voor de Eurasier vacht buiten de ruiperiode niet persé noodzakelijk. Maar een korte borstelbeurt geeft u wel weer de gelegenheid om uw hond wat extra aandacht te geven en te onderzoeken op de aanwezigheid van teken en vlooien. Tijdens de ruiperiode kan het zijn dat u dagelijks wol moet verwijderen. Bij de meeste reuen verliezen ze de meeste onderwol in het voorjaar. In het najaar is dat meestal wat minder. De meeste teefjes ruien vaak niet zo seizoensgebonden maar hormoon gebonden. Dat wil zeggen dat ze op het rustpunt van de cyclus, tussen twee loopsheden in, uit vacht gaan.

Een korte “onderhoudsbeurt” voor uw Eurasier:

Speciaal voor de teef:
Tijdens de borstelbeurt kun je meteen even kijken of er geen verdikkingen of harde plekken rondom de tepeltjes zitten. Als je dit wel voelt, dan is het zaak om snel een afspraak te maken met de dierenarts. Dit kan duiden op een ontsteking of een evt. goed- of kwaadaardige tumor.
Speciaal voor de reu:
Bij een reutje let je op uitvloeiing bij de penis. Dit is echter niet abnormaal en de hond heeft er geen last van. Schoonmaken met een beetje handwarmwater en een doekje. Als er pus uitkomt dan wel even naar de dierenarts.

Van boven naar onder, van voor naar achter

Bij de wekelijkse borstelbeurt kunt u de volgende “aandachtsgebieden” ook even bekijken

1. Oren:

Ook de oren kunt u met de wekelijkse borstelbeurt even kort bekijken. Zijn ze schoon en droog van binnen? Soms schud de hond herhaaldelijk met de kop, dit kan duiden op oorproblemen, met name oor-mijt is een heel hardnekkige parasiet. Let ook op de aanwezigheid van grassprieten e.d. Deze zo snel mogelijk weghalen. Er zijn vervelende grassoorten die met hun weerhaakjes diep in de gehoorgang terecht kunnen komen. (Ook in de neus kunnen deze grassprieten voor vervelende problemen zorgen). Aan de achter en onderkant van de oren ontstaan vooral in de puppyvacht vaak klitten. Zorg ervoor dat u uw puppy vroeg went aan het kammen en borstelen ook op deze plek, en dat deze klitten niet te groot worden. Wees heel voorzichtig met het schoonmaken van de binnenkant van de oren, gebruik bijv. geen wattenstaafjes maar ga liever naar de dierenarts.

2. Tanden:

Controleer het gebit van uw hond, let op aanslag (plak). Een goede voeding zorgt ervoor dat uw hond niet uit zijn bek stinkt, en weinig aanslag op de tanden ontwikkelt. Het regelmatig geven van kauwmateriaal helpt hierbij. Er is ook hondentandpasta te koop waardoor uw hond tandenpoetsen misschien wat minder vervelend vind. Oefen dit al op jonge leeftijd.

3. Poten:

Onder de oksels van de hond is een geliefde plek voor teken om zich te nestelen. Met een tekentang kan u ze verwijderen. Het is aangeraden om naderhand een beetje alcohol op de plek te doen om te ontsmetten. De zolen van de voeten moeten stevig en leerachtig zijn. Kijk ook tussen de kussentjes van de zooltjes soms zitten daar ook teken. Als uw hond veel aan de pootjes zit te likken of te bijten kunnen er misschien dingen tussen zitten, denk ook weer aan de grassprieten met weerhaakjes. Bij sneeuw kan een overvloed aan vacht tussen de teentjes soms voor “balletjes” onder de voetzooltjes zorgen. Met een klein schaartje kunt u de teveel uitstekende haartjes afknippen zodat uw Eurasier toch van de lekkere sneeuw kan genieten zonder dat hij met klompen van het witte spul hoeft te lopen. Om de zooltjes te beschermen kunt u ze invetten met zuurvrije vaseline of uierzalf.

4. Nagels

De nagels worden wanneer uw hond veel over harde ondergronden loopt vanzelf afgesleten. Controleer wel dat ze niet te lang worden. Ze mogen niet langer uitsteken dan de onderkant van de kussentjes. Vergeet niet de nagel kort te houden die boven aan de poot zit, hier kunnen ze soms bij het spelen en rennen achter blijven haken en vervelende en pijnlijke verwondingen aan over houden. Bij de dierenarts kunt u eens vragen hoe u deze het beste kort kunt houden.

5. De anaalklieren

Deze zitten onder de staart aan beide kanten van de anus. Soms komt het voor dat uw Eurasier een beetje een viezig of ongewoon luchtje verspreidt, vooral als ze met de staart kwispelen. Dat kan een aanleiding zijn om de dierenarts te vragen om eens te bekijken of de anaalklieren verstopt zitten. Op tijd erbij zijn kan een pijnlijke ontsteking voorkomen.

Extra aandacht voor “Hotspots”

Een hotspot begint als een kleine irritatie op de huid. Hierbij valt te denken aan een beet van een ander dier of insect of een wondje, scheurtjes in de huid, bultjes, vlooienbeten, krassen, schrammen of sneetjes, problemen met de anaalklieren of onderliggende allergieën. Onjuiste vachtverzorging is ook een vaak voorkomende oorzaak. Dit alles irriteert, jeukt en/of doet pijn. Uw hond kan hotspot ook oplopen door tussen pas gemaaid gras te lopen waar berenklauw staat. De sappen die uit berenklauw lopen kunnen ook irriterend zijn en veroorzaakt dezelfde symptomen als een tekenbeet. Het dier kan er niet van afblijven en krabt of bijt zich op die plek om ervoor te zorgen dat de pijn of jeuk stopt. Dit zorgt er echter voor dat het alleen nog meer gaat ontsteken, wat leidt tot nog meer pijn en jeuk. In een poging om de hotspot te stoppen, verergert de hond het probleem dus alleen maar. (Bron: Wikipedia & Wikihow)

Onze Eurasiers hebben een (lange) dubbele vacht. Het alleen uitblazen van de vacht kan op den duur ook zorgen voor hotspot-problematiek. Uitblazen van de losse haren en vocht is vaak niet afdoende ten tijde van warmte en zeker niet bij waterminnende Eurasiers. Bepaalde lichaamsregio’s kunnen dan echt een hotspot ‘hotspot’ zijn.

Probeer het haar bij de beschadigde huid kort te houden. Onderhaar is het dikst rond de belangrijkste (loop)spieren: schouders, nek, heupen en dijen. Los onderhaar verplaatst enigszins achterwaarts. In het gebied rond de staart hoopt het zich enigszins op, met name omdat laatste stukje rug naar beneden gaat, maar de “opstaande” staart het losse onderhaar vervolgens als het ware tegenhoudt. Blijft het losse onderhaar te lang zitten, dan gaat het vervilten en trekt het aan de huid. Onder het vilt verzamelen zich bacteriën en het likken en knauwen van de hond maakt het gebied vochtig. Is de huid eenmaal beschadigd, dan grijpt de bacteriële infectie (onder het “vilt”) rap om zich heen en de hotspot is geboren…

Blijf er voor waken dat u de staart, broek, oren en oksels op een correcte manier blijft verzorgen en dus ook gebruikmaakt van juiste borstels/kammen om de ondervacht goed te verwijderen. Maak korte halen, dicht op de huid telkens een plekje hoger en tegendruk gevend op de huid boven de werkplek. Hiermee voorkomt u dat u aan de huid trekt en daarmee de hond pijn doet. Met name het deel rond de staart met het herderharkje goed uitkammen. Dit vergt wel enige handigheid en geduld.

Een verzorgingstruuk: de borstel/kam schuin inzetten en korte halen omhoog maken, dan neemt hij veel meer en dieper mee dan lange halen, én van beneden naar boven werken en van achter (staart) naar voren (nek) simpel gezegd.

In de periode van het verliezen van het laatste puppyhaar horen we vaak over hotspots. Tot dan toe hebben eigenaren nog niet echt hoeven kammen en hebben nog geen echte rui meegemaakt!

Voorkom veel leed door uw hond goed te verzorgen: lees u in, zoek video’s op YouTube en vraag collega-eigenaren om tips!